LIFE-IP Klimaatadaptatie logo's

Netwerk KANS deelt, bundelt, verkent en stemt af. Het netwerk bestaat op dit moment uit 20 (middel)grote steden, die samenwerken op het gebied van ruimtelijke klimaatadaptatie. We delen ervaringen en inzichten met elkaar. KANS onderscheidt zich van andere netwerken door haar praktische en concrete karakter, gericht op tastbare resultaten. Daarnaast is het onderlinge gesprek leidend, met informele uitwisselingen en ad hoc samenwerkingen.

De steden in KANS spreken op basis van hun ervaringen onderling een aanpak af voor klimaatbestendig handelen. Die aanpak is gericht op de volgende stappen: 

  1. De kwetsbaarheden voor extreem weer in een gebied zijn bekend.
  2. Overheden, maatschappelijke organisaties, bedrijven en bewoners hebben gezamenlijk een ambitie.
  3. Hieruit voortkomende maatregelen zijn uitgevoerd.
  4. Klimaatbestendig handelen is vastgelegd in beleid en regels.

KANS groeit. Ook meedoen? Neem contact met ons op. Meer weten? Lees verder.

Kwetsbaarheden

Gemeenten en andere overheden brengen de kwetsbaarheden voor extreem weer in beeld met een stresstest. Zij onderzoeken waar en wanneer welke knelpunten kunnen ontstaan. De resultaten van de stresstest maken ze openbaar, zodat ook bedrijven en bewoners inzicht hebben in de kwetsbaarheid van hun gebied en de urgentie van maatregelen.

Het is verstandig om bij de uitvoering van de stresstest naar de bodem en ondergrond te kijken. De kwetsbaarheid van een gebied hangt namelijk vaak samen met het onderliggende natuurlijk systeem. Inzicht daarin helpt om te begrijpen waarom de locatie kwetsbaar is.

 

Ambities

Gemeenten en andere overheden openen de dialoog met gebiedspartners om het bewustzijn over de kwetsbaarheden te vergroten. Zij bepalen met elkaar welke risico’s wél en welke níet acceptabel zijn, welke maatregelen nodig zijn en wie ze neemt. De maatregelen moeten terecht komen in een adaptatiestrategie en uitvoeringsprogramma.

Bodem en ondergrond bieden aanknopingspunten voor oplossingsrichtingen voor klimaatadaptatie. Sommige gebieden in de stad lenen zich bijvoorbeeld beter of juist minder goed voor infiltratie. Het natuurlijke systeem kan zo als vertrekpunt dienen bij het opstellen van een adaptatiestrategie.

 


Maatregelen

Gemeenten en andere overheden stellen op basis van de risicodialoog een uitvoeringsprogramma op. Daarin werken zij uit welke maatregelen gepland zijn, wie wat doet en hoe de maatregelen gefinancierd worden. In dit proces kiezen zij effectieve maatregelen om een klimaatbestendige inrichting te realiseren. Daarbij benutten zij zo veel mogelijk synergie met andere opgaven. Deze manier van werken maakt het mogelijk bewoners en bedrijven te betrekken bij de integrale aanpak.

De eigenschappen van bodem en ondergrond bepalen of een maatregel ergens goed past. Zeker als het gaat om plaatselijke maatregelen is het verstandig om het natuurlijk systeem op lokaal niveau te begrijpen. Bij infiltratiemaatregelen zou bijvoorbeeld gekeken moeten worden naar het landschap van bodem en ondergrond.

Beleid en regels

Gemeenten gebruiken de op te stellen programma’s onder de Omgevingswet om uitvoeringsafspraken te maken. Waar nodig is het mogelijk dit beleid juridisch te ondersteunen met regels in het omgevingsplan. Daarvoor kijken gemeenten of aanpassing van lokale regelgeving gewenst is. Ook in de verordeningen van provincie en waterschap kunnen regels worden opgenomen.